| Archief Familie Bidez-De Ridder (archief nr. 600) |
| Periode | 1886-1970 |
| Omvang en medium | 0,36 m / beeldocument(en) |
| Archiefvormer | Familie Bidez-De Ridder
Lees meer| Soort entiteit | Familie | | Geautoriseerde naam | Familie Bidez-De Ridder | | Geschiedenis | Joseph Bidez (Frameries, [9/11].4.1867 - Oostakker, 20.9.1945)
Marie Auguste Joseph Bidez werd in april 1867 geboren in Frameries als zoon van plattelandsdokter Auguste Bidez en Marie Dehout. Hij huwde in 1898 met Louise De Ridder, samen kregen ze één dochter, Isabelle Bidez.
Joseph Bidez volgde van 1878 tot 1884 het humaniora aan het Klein Seminarie in Bonne-Espérance-les-Binche. Hij werd lid van de Académie littéraire van Bonne-Espérance, waar hij voor enkele van zijn opstellen bekroond werd. Ondanks het vroegtijdige overlijden van zijn vader en de financiële moeilijkheden die dat met zich meebracht, kon Bidez toch een academische carrière ontplooien. In 1885 schreef hij zich in aan de Rijksuniversiteit van Luik. Daar behaalde hij in 1888 de graad van doctor in de Letteren en Wijsbegeerte. In 1891 werd hij ook doctor in de Rechten. Vanaf 1890 kon Bidez aan de slag als privéleraar van een neef van baron de Selys Longchamps.
Na een studie aan de universiteit van Berlijn, behaalde hij in 1894 een speciaal doctoraat in de klassieke filologie aan de RUG met zijn dissertatie "La Biographie d’Empédocle". Zijn interesse voor de Klassieke Griekse filologie en filosofie zou hem niet meer verlaten. Vanaf 1895 gaf hij Griekse letterkunde aan de RUG. In 1902 werd hij benoemd tot buitengewoon hoogleraar en in 1907 tot gewoon hoogleraar.
Bij aanvang van zijn carrière lag de nadruk vooral op het uitgeven van laatantieke christelijke teksten, in samenwerking met Léon Parmentier. De specialiteit van Bidez lag echter op het raakvlak tussen religie en wetenschappen bij de klassieken. Zijn aandacht verschoof van de vroegste periode naar de Late Oudheid waar hij samen met Franz Cumont het Griekse canon inhoudelijk-stilistisch en chronologisch uitbreidde.
In 1904 werd hem door de Belgische Academie de Gantrelle-prijs toegekend voor zijn werk "Mémoire sur les doctrines des Chaldéens et l’influence de celles-ci sur l’antiquité gréco-romaine". In 1906 won hij nogmaals de prijs, ditmaal voor zijn werk "Recueil critique des fragments philosophiques de Porphyre le néo-platonicien". Deze studies werden niet uitgegeven maar vormden de aanleiding voor zijn boek "Vie de Porphyre" (1913) en een reeks artikels over de inwerking van het Oosten op de Griekse filosofie. In 1913 werd Bidez lid van de Belgische Academie.
In 1912 werd hij benoemd tot ridder in de Leopoldsorde. Dit was een officiële erkenning van zijn wetenschappelijk werk. In de daaropvolgende jaren werd hij ook opgenomen in het Institut de France, de British Academie, in de Academies van Berlijn, Kopenhagen en Göteborg en kreeg hij een eredoctoraat aan de universiteiten van Athene, Brussel, Rijsel, Parijs en Utrecht. Achtereenvolgens kreeg hij ook de titels van commandeur in de Leopoldsorde, grootofficier in de Kroonorde en officier van de Légion d’honneur toegekend.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog was Bidez actief in het verzet. Hij was de bezieler van de weerstandskern L’Action patriotique en was redacteur van het sluikblad "L’autre Cloche". Onmiddellijk na de bevrijding zou hij zich terug volledig op de Klassieke Griekse filologie storten. Vanaf 1920 gaf hij de cursus Geschiedenis van de oude wijsbegeerte aan de RUG. Samen met Henri Pirenne stichtte hij in 1919 de Union Académique Internationale om de internationale samenwerking tussen de nationale academies te stimuleren. Van 1931 tot 1933 was hij voorzitter van de organisatie. Onder zijn voorzitterschap werd de reeks "Catalogue des manuscrits alchimiques grecs uitgegeven". In 1922 was hij medestichter van de Ecole des Hautes Etudes de Gand. Daarnaast zette hij zich in voor de oprichting van de periodieken "Revue belge de Philologie et d’Histoire" (1922) en "L’Antiquité Classique" (1932). In 1925 verscheen in samenwerking met Franz Cumont een uitgebreide kritische uitgave van de teksten van keizer Julianus. Als historicus publiceerde Bidez onder meer "Vie de l’empereur Julien" (1930) dat een brede verspreiding kende. In 1933 moest Bidez stoppen met lesgeven aan de RUG omwille van de nieuwe taalwetgeving. Vier jaar later verkreeg hij het emeritaat. Ook hierna bleef Bidez wetenschappelijk actief.
Hij was een veelschrijver die publiceerde in de bekendste Franstalige filologische tijdschriften van binnen- en buitenland. In 1926 trad hij in het redactiecomité van "La Flandre Libérale". Tussen 1933 en 1940 zou hij voorzitter zijn van het blad. Op 20 september 1945 overleed Bidez in Oostakker.
Louise De Ridder (Gent, 11.5.1871 - Oostakker, 4.2.1947)
Louise De Ridder werd op 11 mei 1879 geboren in Gent als dochter van de Belgische liberale politicus en hoogleraar aan de RUG Remi De Ridder en Savina Dumont. Haar moeder overleed toen ze elf jaar oud was. Haar vader zag toe op een gedegen intellectuele opleiding. Ze huwde in 1898 een collega van haar vader, de filoloog Joseph Bidez. Samen kregen ze één dochter, Isabelle Bidez. De Ridder was lid van L’Oeuvre des Crèches. Ze overleed op 4 februari 1947 te Oostakker.
Isabelle Bidez (Gent, 21.2.1899 - Oostakker, 2.9.1962)
Isabelle Bidez werd op 21 februari 1899 in Gent geboren als dochter van Joseph Bidez en Louise De Ridder. Ze was nauw bevriend met Thérèse Fredericq-Varlez. Ze huwde in 1928 met Alexandre Fredericq en kregen samen één kind, Henri Joseph Simon Fredericq. Bidez nam deel aan de Gentse Floraliën en was actief in het Rode Kruis. Ze overleed op 2 september 1962 in Oostakker. |
|
| Bereik en inhoud | Het archief bestaat vnl. uit postkaarten aan Joseph Bidez, Louise De Ridder, Isabelle Bidez, Alexandre Fredericq, Henri Fredericq, Marguerite Domont en Valentine Dumont en familiefoto's. Het bevat ook schoolrapporten en -diploma's van Louise De Ridder en diverse diploma's toegekend aan Joseph Bidez. |
| Toegangen | Inventaris beschikbaar (archief raadpleegbaar met voorwaarden/beperkingen) / Beeldbank |
| Ordening | Onderverdeling per persoon/echtpaar/zussen, zie de inventaris. |
| Voorwaarden voor raadpleging | Het archief is raadpleegbaar mits ondertekening van een onderzoekscontract. Lees onze disclaimer raadpleging van archieven. |
| Voorwaarden voor reproductie | Standaardvoorwaarden, zie het leeszaalreglement. |
| Taal en schrift | Frans / Standaardschrift |
| Fysieke kenmerken en technische vereisten | Papier / Geen |
| Verwerving | Geschonken door Martine Varlez in 2017 en Henri Frédéricq in 2018. |
| Selectie | Geen selecties uitgevoerd. |
| Beelddocumenten | Diploma (12)
Foto (29)
Postkaart (1)
Tekeningen en prenten (2) |
| Persistente url | https://hdl.handle.net/21.12117/1253418 |
