Archief Frans Grootjans (archief nr. 1087) |
Periode | 1945-1999 |
Omvang en medium | 3,25 m |
Archiefvormer | Frans Grootjans (Wilrijk, 24.1.1922 - Antwerpen, 20.2.1999) Lees meerSoort entiteit | Persoon | Geautoriseerde naam | Frans Grootjans | Bestaansperiode | Wilrijk, 24.1.1922 - Antwerpen, 20.2.1999 | Geschiedenis | Licentiaat handels- en consulaire wetenschappen, hoofdredacteur en directeur-generaal van De Nieuwe Gazet; gemeenteraadslid van Antwerpen, provincieraadslid van Antwerpen, parlementslid, minister, voorzitter van de Vlaamse Raad, minister van Staat; voorzitter van de Vlaamse PVV (1973-1977 en 1981-1982).
Frans Grootjans werd geboren te Wilrijk op 24 januari 1922 als zoon van een onderwijzersechtpaar. Hij studeerde aan het Antwerpse Atheneum en behaalde tijdens de oorlog een licentiaatdiploma in de handels- en consulaire wetenschappen aan de Rijkshandelshogeschool van Antwerpen. Na zijn studies kon hij aan de slag als hoofd van de Antwerpse redactie van Het Laatste Nieuws. In 1957 nam de NV J. Hoste De Nieuwe Gazet over en Grootjans werd hoofdredacteur en directeur, waarna hij van 1968 tot 1987 de krant leidde als directeur-generaal. In de context van deze persactiviteiten startte zijn politieke loopbaan. Hij werd lid van het Liberaal Vlaams Verbond (LVV), medewerker aan Het Volksbelang en maakte er samen met Willy De Clercq, Herman Vanderpoorten en Karel Poma kennis met de sociaal-liberale en Vlaamsgezinde vleugel van de Liberale Partij. Hij had zich voorheen reeds geëngageerd in de Wilrijkse Liberale Jonge Wacht, was voorzitter geweest van de Antwerpse arrondissementsfederatie en vervolgens van de Nationale Federatie van Liberale Jonge Wachten. In 1949 werd hij lid van de provincieraad en in 1954 werd hij volksvertegenwoordiger (tot 1987). In de regering Vanden Boeynants-De Clercq (1966 tot 1968) was hij minister van Nationale Opvoeding en in 1985 volgde hij van januari tot oktober Willy De Clercq op als vice-eerste minister en minister van Financiën en Middenstand in de regering Martens-V (1981-1985). Van 1985 tot 1987 was hij voorzitter van de Vlaamse Raad, waarna hij op rust ging. In april 1974 werd hij benoemd tot minister van Staat.
Als minister van Nationale Opvoeding legde Grootjans de basis voor het vernieuwd secundair onderwijs (VSO). Hij deblokkeerde het overleg tussen de netten en verdedigde een zuiloverstijgende, pluralistische en globale aanpak van het onderwijs. Zijn KB uit augustus 1966 betreffende het statuut van het personeel van het rijksonderwijs werd een belangrijke eerste stap in de depolitisering van het rijksonderwijs, maar zijn mandaat van slechts twee jaar bleek helaas te kort te zijn om zijn project helemaal op de sporen te zetten. Samen met Herman Vanderpoorten begon hij intussen met de uitvoering van de taalwetten van 1963 en maakte hij, ondanks het zware verzet van de machtige Brusselse Franstalige PVV-federatie, naam met zijn uitbouw van het Nederlandstalig onderwijs in Brussel waarvoor hij tien nieuwe Nederlandstalige rijkslagere scholen liet bijbouwen.
De communautaire spanningen binnen de unitaire PVV/PLP liepen intussen hoog op en het LVV begon ernstig na te denken over een taalkundige splitsing van de partij. Op basis van de LVV-congressen en -studiedagen uit de late jaren ’60 schreef Grootjans in 1971 het Vlaams Liberaal Manifest waarin hij het profiel van een nieuwe Vlaamse PVV uittekende. Ideologische verdraagzaamheid, pluralisme en een gematigde vrijemarkteconomie stonden centraal in zijn visie op het sociaal-liberalisme in Vlaanderen. Op het eerste congres van de Vlaamse PVV in 1972 werd zijn manifest aanvaard als partijprogramma en werd hij samen met Herman Vanderpoorten gekozen tot ondervoorzitter, voorzitter werd Willy De Clercq. Bij de vorming van de regering Leburton in 1973 werd hem een ministerzetel aangeboden, maar hij weigerde en gaf er de voorkeur aan Willy De Clercq op te volgen als partijvoorzitter. Vanuit die positie startte hij een verruimingsoperatie, die hij voorstelde op het partijcongres van 1974 onder de titel Bouwstenen voor het centrum, met als doel de PVV uit te bouwen tot een centrumpartij. De oude breuklijnen (communautair, levensbeschouwelijk en sociaal-economisch) verloren volgens Grootjans steeds meer aan belang en werden vervangen door een globaal-maatschappelijke dichtomie: de socialistisch-collectivistische visie versus de humanistisch-liberale. Hij voorzag daarom een toekomst met een tweepartijensysteem, opgebouwd rond enerzijds de PVV en anderzijds de SP. Voor de liberalen betekende dit in een eerste fase een noodzakelijke herbronning met speciale aandacht voor de ethisch progressieve thema’s. In een tweede fase zou dan een bundeling van alle Vlaamse liberaal geïnspireerde krachten moeten groeien, die uiteindelijk het draagvlak zouden leveren om de nieuwe centrumpartij op te grondvesten. Hiertoe richtte Grootjans in 1976 onder meer het Liberaal Appèl op, waarin vertegenwoordigers uit alle componenten van de liberale beweging een overlegforum kregen waar plaats was voor debat en coördinatie.
De politieke praxis gooide helaas roet in het eten. De communautaire problemen gingen in de late jaren ’70 de politieke agenda dusdanig domineren dat alle andere plannen naar de achtergrond verdwenen. Na de val van de regering Tindemans-I en de verkiezingen van 1977 leverde de PVV een vijfde van haar kamerzetels in en werd naar de oppositie verwezen. Grootjans besloot hierna ontslag te nemen als partijvoorzitter en ging terug een actievere rol spelen bij De Nieuwe Gazet. Vanuit de Kamer bleef hij uiteraard de politieke besluitvorming volgen maar hij nam in essentie genoegen met de rol van éminence grise en partij-ideoloog. In 1981 viel hij nog voor korte tijd in als partijvoorzitter ter vervanging van Willy De Clercq, waarna Verhofstadt (die hij als zijn ideologische erfgenaam beschouwde) tot Grootjans’ tevredenheid de voorzittersfunctie overnam. In 1987 trok hij zich terug uit de actieve politiek en in mei 1988 legde hij op een congres van het LVV zijn politiek testament voor, waarin hij zijn visie op de toekomstige liberale centrumpartij nogmaals met passie verdedigde.
Grootjans trok zich terug in Antwerpen maar bleef een gerespecteerd raadgever van de nieuwe generatie liberalen. In 1994 kende het LVV hem de driejaarlijkse prijs Herman Vanderpoorten toe voor de baanbrekende rol die hij had gespeeld binnen de Vlaamse PVV. Vijf jaar later, op 20 februari 1999, overleed Frans Grootjans. |
|
Bereik en inhoud | Het archief bestaat o.a. briefwisseling, dossiers m.b.t. diverse politieke kwesties en stukken m.b.t. zijn functies als bestuurder bij diverse verenigingen en organisaties. |
Toegangen | Inventaris beschikbaar (archief raadpleegbaar met voorwaarden/beperkingen) |
Ordening | Onderverdeeld in persoonlijke stukken, stukken m.b.t. verenigingen, stukken m.b.t. zijn politieke carrière, thematische dossiers, toespraken en documentatie. Zie de inventaris. |
Voorwaarden voor raadpleging | De stukken ouder dan 50 jaar zijn raadpleegbaar mits ondertekening van een onderzoekscontract, de stukken jonger dan 50 jaar zijn niet raadpleegbaar. Lees onze disclaimer raadpleging van archieven. |
Voorwaarden voor reproductie | Standaardvoorwaarden, zie het leeszaalreglement. |
Taal en schrift | Nederlands / Standaardschrift |
Fysieke kenmerken en technische vereisten | Papier / Geen |
Verwerving | Geschonken door Guy Serraes in 1999 en Adrienne Grootjans-Snoeys in 2001 en 2009. |
Selectie | Geen selecties uitgevoerd. |
Beelddocumenten | Affiche (15) Foto (145) Object (1) |
Persistente url | https://hdl.handle.net/21.12117/1254563 |